Archief voor juni, 2013

Een brave new world voor schrijvers en uitgevers

Crazy Woman Drinking WineMen heeft het al wel gehoord: Singel uitgevers is samen met Bol.com een eigen self-publishing platform gestart, Brave New Books. Het was een kwestie van tijd voordat een van de grote concerns een dergelijk initiatief zou nemen – al lijkt het erop dat het initiatief vanuit Singel Uitgevers is gekomen en dat het geen centraal WPG activiteit is, wat mij verbaast – de schaalvoordelen zouden behoorlijk zijn geweest.

In navolging van grote Angelsaksische uitgevers als HarperCollins (Authonomy) of Penguin (Author House)  heeft Singel het besluit genomen haar activiteiten uit te breiden met self-publishing. Dit zal ongetwijfeld een zakelijke beslissing zijn geweest en het is in deze roerige tijden geheel terecht dat een uitgever besluit een dergelijke stap te zetten. En al helemaal als je de eerste kunt zijn die dan ook nog eens de beste partners kan uitzoeken (respectievelijk mijnbestseller.nl en Bol.com).

De opzet is duidelijk bedoeld om onderscheidend te zijn van alle andere platforms die er op dit gebied al zijn. Singel positioneert zich met BNB in de driehoek tussen het klassieke uitgeven (de uitgever selecteert), een platform als TenPages (het publiek selecteert) en platforms als Lulu.com en mijnbestseller.nl (de schrijver selecteert). Het aardige voor een schrijver nu is dat hij of zij kan kiezen voor een van deze platforms, maar ook kan besluiten alle routes tegelijkertijd te bewandelen.

Lees de rest van dit artikel »

, ,

Een reactie plaatsen

Duitse e-boek markt stijgt snel

E-Book-Studie.jpg.924496Onlangs werd het GfK onderzoek naar de Duitse e-boekenmarkt gepresenteerd, “Von der Perspektive zur Relevanz − Das E-Book in Deutschland 2012”.

De cijfers zijn bemoedigend. E-boeken maken 9,5% van de omzet van uitgevers en hebben daarmee de verwachtingen ver overtroffen. Het marktaandeel van het e-boek is gestegen van 0,5% naar 2,4%. Meer dan de helft van de uitgevers biedt nu e-boeken aan en 54% van de nieuwe titels zijn als e-boek verkrijgbaar. 73% van de boekhandels heeft inmiddels e-boeken, e-readers of beide in het assortiment.

Men verwacht in Duitsland dan ook een stevige daling van de boekhandelsomzet door het verlies in print (3,7% over 2012) dat niet door digitaal goed wordt gemaakt. Er wordt een omzetdaling verwacht van 16%, terwijl het omzetdeel digitaal van de uitgeverijen verder stijgt naar 10,6% aan het einde van dit jaar. De e-boekmarkt blijft dus stevig groeien en men verwacht dat zeker 84% van de uitgevers dit jaar e-boeken zal aanbieden.

Opvallend hierbij wel is dat het e-boek bij boekhandelaren slechts 0,5% van de omzet uitmaakt. Een getal dat schril afsteekt tegen de bijna 10% van uitgevers en een indicatie dat de digitale markt grotendeels aan de boekhandel voorbijgaat en op het gebied van digitaal uitgeven de kloof tussen boekhandel en uitgeverij groeit. Ik zou graag de cijfers voor de Nederlandse markt willen zien.

Als we verder in de cijfers duiken zien we dat de snelle ontwikkeling van de e-boekenmarkt typisch op de frontlist is gericht. Zoals hierboven al aangegeven, 54% van de nieuwe titels wordt als e-boek aangeboden, maar slechts 29% van de backlist. Het is niet verwonderlijk dat het aandeel van het algemene boek – immers veel meer op bestsellers en actuele titels gericht -is gegroeid naar 49% van de markt.

De cijfers laten zien dat de Duitse e-boekenmarkt nog niet op het niveau van Nederland ligt (die ergens tussen de 3 en 4% ligt), maar laat een sterkere stijging zien: van 0,5% in 2010 naar 0,8% in 2011 naar 2,4% in 2012. Ik verwacht dat de Duitsers ons volgend jaar al hebben ingehaald. Niet alleen zijn er meer online aanbieders en zijn buitenlandse toetreders als Amazon, Kobo en Apple toenemend actief, maar vooral bij de uitgevers lijkt er een snelle cultuuromslag plaats te vinden.

Een reactie plaatsen

Het Polare Probleem

Onlangs liet ProCures directeur Paul Dumas tijdens een inspiratiemiddag voor mensen uit het boekenvak zien hoe hij van plan is van boekhandelsketen Selexyz een succes te maken.

Het antwoord leek verdacht simpel: winkels op A-locaties, meer boeken in de winkel, de consument effectiever bedienen, beter samenwerken met uitgevers, versimpelen van de veel te ingewikkelde contracten, werken met prestatieafspraken.

Dat klinkt natuurlijk allemaal prachtig en hoopvol. Maar de nadruk lag tijdens Dumas’ presentatie vooral op de tandwielen van het boekenproces: marges en marketing en betalingstermijnen. Voor de consument was weinig aandacht. Lees de rest van dit artikel »

Een reactie plaatsen

Innovatie is meer dan alleen kosten besparen

Tijdens het uitgeverscongres Mediafacts 2013 deed ook Richard Janssen een duit in het zakje. Uitgevers moeten wat hem betreft stevig innoveren om de komende jaren te overleven. Volgens Janssen zijn er in dat noodzakelijke proces drie fasen te ontwaren:

  1. kosten omlaag brengen
  2. klantfocus centraal stellen
  3. innoveren

Wat betreft het kosten omlaag brengen zegt Janssen dat er “pijnlijke reorganisaties” nodig zijn en dat men moet “snijden in het aantal mensen dat bij een uitgever werkt.” Dit is wel een beetje van dik hout zaagt men planken – maar niet verwonderlijk gezien zijn werk als onderzoeker aan de Nyenrode Business University. Dat er dringend gereorganiseerd moet worden, dat onderschrijf ik. Maar het kenmerkende van een tijdperk van snelle innovatie is juist dat er op veel gebieden mensen bij moeten en dat in eerste instantie de kosten daardoor zullen stijgen.

Zeker gezien zijn tweede punt, de klantfocus. In het boekenvak zijn we niet goed in technologie en niet zo goed in het contact met de klant. Dit zijn nieuwe gebieden die we nog goed moeten leren kennen. We hebben de afgelopen jaren gezien wat er gebeurt als er alleen maar gesneden wordt met het oog op de bottom line: uitgeverijen reorganiseren zich zo in een vicieuze cirkel steeds verder de crisis in, omdat (dure) kennis en ervaring verdwijnt en geen nieuwe kennis in huis wordt gehaald.

Janssen heeft gelijk als hij zegt: “Uitgevers moeten ook weer terug naar de basis en hun eigen unieke strategie uitwerken om te bepalen welke behoeften zij willen en kunnen voorzien.”

En dat kan voor sommige bedrijven betekenen dat ze wellicht beter bepaalde activiteiten kunnen afstoten door taken slim te outsourcen. Voor andere bedrijven is het wellicht beter om juist meer zelf te gaan doen. Je kunt dit pas zeggen als je nauwkeurig het bedrijf waar het om gaat onder de loep neemt – bij algemene, theoretische uitspraken zoals Jannsen die doet is echt niemand gebaat.

Geen wonder ook dat wat betreft de eerder door mij aangehaalde Peter de Mönnik, CEO van Reed Elsevier, de ideeën van Janssen slecht ondernemerschap zijn:  “Je hebt dan misschien een strakke kleine onderneming, maar je helpt wel een bestaand bedrijf naar de kloten”.

Hopelijk reageert Janssen hier weer op – dit soort fundamentele discussies (laten we hopen dat het ontaardt in een heuse polemiek) zijn er te weinig in het boekenvak.

Een reactie plaatsen

Een gevalletje iTunes censuur

Vanochtend ontdekte ik een merkwaardige censuur bij ons boek De Tempelcode van Beverly Swerling in de iTunes Store. De originele tekst bij het omslag luidt:

9200000013738870

“Volgens haar opdrachtgever, een rijke Joodse zakenman, zijn de voorwerpen in de 16e eeuw in Londen ontdekt door iemand die alleen bekend staat onder de naam de Jood van Holborn.”

Nu heeft Apple er “de J**d van Holborn” van gemaakt. Zeer curieus.

Bij de Tepel van Prometheus kon ik me de achterliggende reden nog wel voorstellen: verregaande preutsheid. Maar hoever kun je politieke correctheid doordrijven als je zelfs het woord “Jood” gaan behandelen alsof het een vreselijke vloek is, met sterretjes en al – zoals je F**k zou schrijven, of Sh*t. Maar het merkwaardige is dat bij de Amerikaanse versie sprake is van “a goldsmith called the Jew of Holborn”, zonder dat hier gecensureerd is.

We zullen Apple eens gaan benaderen over welke regels hier van toepassing zijn.Wordt vervolgd.

Een reactie plaatsen

Innoveren is verstandig risico nemen

In een aardig interview met Reed Business CEO Peter de Mönnink zegt hij een paar interessante zaken als het gaat om innoveren binnen het boekenvak. Op de eerste plaats was ik geïntrigeerd door de uitspraak dat “Het probleem is niet dat het oude verdienmodel niet meer werkt. Sterker, ons grootste probleem is dat geen van de oude businessmodellen is overleden.”. In de discussie over de rol van digitaal in het boekenvak is het al jaren zo dat er wordt gesproken in of-of termen – wat betekent dat men er vaak van uitgaat dat digitaal het einde betekent van het papieren boek. Onze versie van als je niet voor ons bent, ben je tegen ons.

De Mönnik geeft hier de kern van uitgeven in het digitale tijdperk goed weer: er komen alleen maar nieuwe vormen van uitgeven bij, terwijl de oude gewoon blijven voortbestaan. Dat betekent concreet dat als je als uitgever wilt innoveren je het digitaal uitgeven zult moeten integreren in wat je al doet. Het kenmerk van de digitale markt is dat het een versplinterde markt is: er zijn veel formats, veel doelgroepen en de consument heeft veel om uit te kiezen. Dat betekent dat in tegenstelling tot wat wij als uitgevers al honderden jaren gewend zijn, er in het digitale tijdperk waarschijnlijk niet zoiets is als “het digitale business model”. Dat betekent, in de woorden van De Mönnik:

“Je moet een heleboel dingen heel goed doen en het is de vraag welke van al je businessmodellen de smaakmaker zal worden.”

Ook hier heeft De Mönnik gelijk. Er moet echter wel bij worden gezegd dat hij hier spreekt als hoofd van een van de grootste uitgevers ter wereld, met een breed scala aan producten en sterke merken die het eenvoudig maken om te experimenteren, zeker als jet het kapitaal van Reed Business achter je hebt staan.

Schaalgrootte wordt daarom ook, zo is mijn verwachting, de grote bepalende factor in het uitgeeflandschap van de komende jaren: je bent groot genoeg om de storm te kunnen uitzitten door voorzichtig te innoveren met wat je al hebt, of je bent klein genoeg om  onder de radar te kunnen blijven uitgeven, mits je goed op de markt gericht bent en dus efficiënt kunt werken (vrij vertaald: meer aandacht voor elk boek, zodat je minder missers hebt). Want het algemene boekenvak – waar ook Link deel van uitmaakt – is een extreem voorbeeld van een hit-and-miss market. De vaak-geciteerde formule 80-20 – je verdient je geld met 20% van de boeken, terwijl 80% geen geld oplevert) is onhoudbaar in de huidige markt, juist door de onvoorspelbaarheid van de nieuwe, digitale markt.

Want een ander kenmerk van de digitale markt – behalve de eerder genoemde gefragmenteerdheid – is dat het duur is. Digitaal uitgeven betekent investeren in technologie, in kennis, in apps, in websites, in consumentenonderzoek. En omdat deze markt zo onvoorspelbaar is, bestaat altijd het risico dat wat vandaag werkt, morgen ineens niet meer werkt. Dit vereist een hele andere kijk op hoe een uitgever moet investeren en hoe de financiële huishouding eruit moet zien. En de vraag die daarmee van groot belang wordt van elke uitgever die geen groot concern achter zich heeft staan wordt dan: kan ik dit nog wel zelf doen? Moet ik dit nog wel zelf doen?

Wat we zullen gaan zien de komende jaren is een verdere scheiding tussen klein en groot, waarbij het risico is dat de kleintjes uit de markt gedrukt gaan worden omdat de hele distributieketen onder zware druk gaat en dus aan de boekhandelskant steeds vaker voor zekerheid zal worden gekozen. De kleintjes zullen daarom slimmer moeten zijn in het vinden van de juiste partners en beter moeten kijken naar hun eigen positie in de markt. Want een 80-20 hit-and-miss verhouding is niet langer haalbaar in de huidige markt. Weer in de woorden van De Mönnik:

“Je moet de risico’s goed inschatten. Het is verstandig om dicht bij je kernactiviteiten te blijven, want hoe verder je van je core business gaat, hoe hoger je risicoprofiel wordt. Het is in deze tijd onmogelijk om vijf jaar vooruit te kijken, dus ik geloof niet in het experimenteren in de hoop dat je er iets van leert waar je later mee kunt verdienen. Hoop is geen strategie.”

Weten wat je doet en waarom wordt daarmee de belangrijkste waarde voor een succesvolle uitgeverij. En dat betekent kennis. We moeten in het boekenvak inzien dat we meer kennis nodig hebben: meer kennis van de consument, meer kennis van technologie, meer kennis van digitale business modellen en hoe die in je bedrijf te integreren.

1 reactie

Angst voor innovatie

Onlangs deed het Commissariaat van de Media uitspraak over een verzoek dat was ingediend door Rene Bego van Mo’Media. De vraag was of hij een app mocht aanbieden bij de 100%-stedengidsen die hij uitgeeft. Een logische vraag: stedengidsen en apps vormen een zeldzaam goede combinatie. Immers, de moderne tourist wandelt door de straten van een verre stad met de mobiele telefoon in de hand om maximaal gebruik te kunnen maken van alle ondersteunende informatie die geboden wordt door tientallen – of misschien wel honderden – apps. Een restaurant opzoeken, kaart erbij, recensies lezen en kiezen maar.

Nu heeft het Commissariaat geoordeeld dat een dergelijke app is toegestaan, mits het “een ondersteunende functie” heeft. In de ogen van het Commissariaat wil dit zeggen dat Mo’Media op de kaartjes die in de app staan geen informatie mag zetten over wat er zich op een bepaalde locatie bevind, maar met een paginanummer moet verwijzen naar waar in de papieren gids deze informatie gevonden kan worden.

Het is daarom niet verwonderlijk dat Rene Bego de app met al deze beperkingen veel te mager vindt.

Zoals Hans Bousie in zijn column in Boekblad hierover terecht opmerkt, had het Commissariaat de mogelijkheid om hier een uitspraak te doen die uitgevers nieuwe mogelijkheden geeft om digitale producten bij hun papieren boeken te verkopen of weg te geven. Ze hebben er echter voor gekozen zich aan de door zichzelf opgelegde meest strikte interpretatie van de wet op de vaste boekenprijs te houden.

Het lijkt erop dat het Commissariaat de mening van het gros van het boekenvak deelt: elke vorm van digitaal is per definitie slecht voor de verkoop van het papieren boek en moet dus zo veel mogelijk aan banden worden gelegd.

Hier spreekt een onderliggende angst uit die heel bekend is uit de beschikbare managementliteratuur over innovatie. De voornaamste angst is dat het oude en vertrouwde uiteindelijk geheel zal verdwijnen en daarmee het bestaansrecht van het bedrijf zal ondermijnen.

En natuurlijk, innovatie heeft altijd een risico – maar dat is inherent aan het ondernemerschap. En goed ondernemerschap betekent dat je meegroeit met de markt, omdat je anders onherroepelijk gemarginaliseerd zal worden en uiteindelijk ten onder zult gaan. Door het oude te omarmen en het nieuwe rigorous buiten te sluiten, geeft het Commissariaat de boodschap aan het boekenvak dat de toekomst ons niets te bieden heeft. Met deze uitspraak heeft het Commissariaat dus haar ondersteunende functie van het boekenvak verloren.

Als het Commissariaat nu had besloten om de term “ondersteunende functie” die de wet voorschrijft voor digitale producten die zonder sancties met een boek verkocht mogen worden dusdanig ruim te interpreteren dat e-boeken en apps daar automatisch ondervallen, dan had het een belangrijke prikkel kunnen geven aan het digitale innoveren van het boekenvak.

Want dan wordt de uitgever de vrijheid geboden nieuwe digitale producten te ontwikkelen en die samen met het papieren boek in te zetten om aan de groeiende behoefte van de consument voor digitale producten tegemoet te komen en tegelijk genoeg voordeel te kunnen geven om zowel oude als nieuwe consumenten aan te trekken. Op deze manier creëer je namelijk een nieuwe markt: met nieuwe producten en aantrekkelijke prijzen.

Natuurlijk is dat een risico – maar het zou een weloverwogen risico zijn, waarbij er (nog) niet getornd hoeft te worden aan de vaste boekenprijs en het papieren boek dus nog steeds een beschermde status geniet. De boekhandel hoeft dus niet bang te zijn dat er zodanig met het papieren boek, nog altijd de pilaar waarop het boekenvak rust, gestunt kan worden dat ze door de grote mediaketens uit de markt gedrukt worden.

Daarnaast biedt het een voordeel aan elke uitgever die het risico neemt de digitale markt te betreden. Dit heeft twee belangrijke consequenties: op de eerste plaats brengt het de onderlinge concurrentie tussen uitgevers weer op gang en zal daardoor een welcome stimulans zijn voor de digitale innovatie, die nog steeds niet echt op gang gekomen is in Nederland. En omdat er zo een afzetmarkt gecreëerd wordt waardoor uitgevers in elk geval de hoop kunnen koesteren dat hun investeringen terugverdiend gaan worden, zullen er vanzelf nieuwe, interessante vormen van lezen ontstaan die uiteindelijk ook nieuwe lezers zal aantrekken.

Laten we hopen date r meer ondernemers zijn zoals Rene Bego die het Commissariaat uiteindelijk de kans zullen geven op hun beslissing terug te willen komen.

(Verschijnt als column op http://www.inct.nl)

Een reactie plaatsen